Italiaans voetballer Salvatore Schillaci - Totò - won de Gouden Schoen op het wereldkampioenschap voetbal in 1990; hij scoorde zes keer.
Ton Cornelissen - voetballer van NAC Breda - werd in het seizoen 1990/91 topscorer van de Eerste divisie met 35 doelpunten,
nog steeds een record in Breda, hij won daarmee zijn Gouden Schoen en verwierf de bijnaam: ToTo!
Bij SCO in het Brabantse Oosterhout, dat door zijn grootvader was opgericht, leerde Ton voetballen.
Hij had moraal, een neusje voor de goal, ging voor niemand opzij en vocht zich zo naar het betaald voetbal in zowel Nederland, België als Griekenland. Zijn gloriedagen beleefde hij bij zijn grote liefde NAC Breda, waar hij een supervoorhoede vormde met Pierre van Hooijdonk en John Lammers...
Drie gelijkwaardige spitsen voor maar twee plekken! Ton ging wederom de strijd aan, deze keer niet alleen met de tegenstander maar ook met zijn collega’s. Hij won de titel clubtopscorer maar verloor langzaam maar zeker zijn lichaam waar hij roofbouw op pleegde. Juist in een tijd dat zijn toekomst er heel rooskleurig uit zag, Ton had de clubs voor het uitkiezen.
Het mocht niet zo zijn, de bladen van zijn roos vielen er een voor een af, de doornen bleven over.
Ton moest niet alleen vechten op het veld, maar ook in revalidatiecentra en tegen onrecht
omdat onbetrouwbare eigenaren van voetbalclubs op zijn pad waren gekomen.
Het boek ToTo maakt de lezer op een meeslepende wijze deelgenoot van de willekeur van het professionele voetbal in de jaren tachtig en negentig van de twintigste eeuw. Een talentvol voetballer met een gedegen aanloop die vervolgens met schijnbaar gemak een record aan doelpunten maakte, kon daarna net zo makkelijk in een afzink storten.
De straatvechter ToTo wist steeds weer naar boven te klauteren.
Ton Cornelissen, misschien wel het grootste talent van NAC Breda dat het minst op waarde is geschat, doet zijn boekje open.